Waarom de naam doornroosje zullen sommigen zich afvragen. Nou ik heb
nu al een jaar Pfeiffer, dus vandaar dat het wel toepasselijk is. Het is
erg klote. Ik studeerde in Utrecht, of eigenlijk ik studeer daar nog
steeds.. Ik woon alleen sinds april weer thuis bij mijn ouders, dit
omdat ik vaak gewoon te moe ben om voor mezelf te zorgen. Ik moest
altijd 3 kwartier fietsen om bij school aan te komen. Ik deed dit altijd
met een schoolvriendin. Op een dag kwam ik gewoon niet vooruit, ik
dacht dat er wat mis was met mijn fiets! Ik had echter geen lekke band
er was ook niks mis met mijn kettingkast. Elke ochtend als ik op school
kwam, moesten mijn klasgenoten lachen omdat ik zulke kleine oogjes had.
Ik dacht dat dat kwam omdat ik veel ging stappen en daarom 's ochtends
moeite had om op gang te komen. Toen ik last van mijn keel kreeg en dit
steeds erger werd en ik er ook schor van raakte, raadden mijn
klasgenoten mij aan om toch naar de dokter te gaan. Ik ben toen zo snel
mogelijk naar de dokter gegaan. Toen ik naar de huisarts ging, nam ik
aan dat ik een antibiotica kuurtje zou krijgen en daarna weer beter zou
zijn. Ik heb ook 2 weken lang last gehad van een koortslip en ondanks
dat ik dit virus al iets van 2 jaar heb, kreeg ik nauwelijks last van de
koortslip. De huisarts zag meteen dat mijn klieren opgezet waren en
vroeg naar de koortslip. Hij gaf aan dat het wel de ziekte van Pfeiffer
kon zijn en moest meteen bloed laten prikken.
Dat was
op een vrijdag en het weekend erna werd ik snel erg ziek. Mijn amandelen
waren erg ontstoken en werden zo groot dat ze snel mijn hele keel
afsloten. Omdat ik maar niet beter werd, besloten de huisarts en KNO
arts dat ik toch aan de antibiotica moest, ondanks dat pfeiffer een
virus is. Uiteindelijk heb ik 2 hele weken niet kunnen eten, nauwelijks
kunnen praten en alleen gedronken omdat ze dreigden dat ik anders aan
het infuus zou moeten. Ik moest toen aan astronautenvoeding, omdat dit
zou zorgen dat ik toch nog wat voedsel binnenkreeg en in 2 weken 5 kg
ben afgevallen.
Toen deze ellende na het uitproberen
van 3 à 4 verschillende antibiotica eindelijk minder werd, ben ik al
snel weer naar school gegaan. Ik zat in het 3e jaar en verveelde me dood
thuis. Eerst begon ik met halve dagen, maar ging al snel weer hele
dagen naar school.
De rest van de tijd ging tot april
met z'n ups en downs. Ik herinner me dat ik 's ochtends als ik op school
aankwam eerst een uur of langer misselijk was van vermoeidheid. Daarna
trok het wel weer weg, maar als ik op mijn kamer kwam dan sliep ik soms
wel 3 uur totdat ik me fit genoeg voelde om boodschappen te doen en te
koken. Toch ging nog wel is stappen en probeerde ik hardlopen ook weer
op te bouwen. Hiervan weet ik nog dat ik soms zo moe was met uitgaan dat
ik van mezelf niet snapte waarom ik niet naar huis ging. Soms dronk ik
ook een glaasje meer en merkte ik niet eens dat ik moe was. Dit duurde
dan tot 2 dagen erna en dan kon ik een paar dagen haast niks meer.
Hardlopen begon ik wel overnieuw, maar dit koste zoveel energie. Vaak
zag ik na een tijdje zwart voor mijn ogen en sterretjes. Later hoorde ik
van een arts, dat ik dit waarschijnlijk op pure wilskracht heb gedaan,
omdat ik hier lichamelijk nog helemaal niet aankon.
Toch
bleef ik maar doorgaan en wou niet inzien dat ik het allemaal eigenlijk
niet aankon.. Ik heb veel later nog onderzoeken gehad en nog de andere
lichamelijk klachten bij gekregen, maar hier de volgende keer meer over.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten